Zoek op trefwoord in al mijn blogartikelen

maandag 14 september 2009

PIEware - Niet destructieve beeldbewerking voor RAW bestanden

Of het bedacht is door Peter Krogh weet ik niet maar in zijn 'DAM book' kwam ik het begrip PIEware tegen. Hij legt uit dat het staat voor Parametric Image Editing en de toevoeging –ware geeft aan dat het om software gaat. Hoewel het dus zeker (nog) geen standaard begrip betreft, gebruikt een groep gebruikers met veel invloed binnen de DAM wereld (Digital Asset Management) deze term voor niet-destructieve beeldbewerkingsoftware voor RAW bestanden.

Wat doet PIEware?

Parametric staat voor het feit dat alleen de bewerkingsinstructies voor een wijziging worden opgeslagen, de afbeelding zelf wordt dus met rust gelaten.
Stel dat een afbeelding te donker is dan wordt met behulp van de software deze lichter gemaakt. Niet de gewijzigde (lichtere) afbeelding wordt dan opgeslagen maar alleen de parameters (de bewerkingsinstructies) die nodig zijn voor deze wijziging. Deze gegevens worden opgeslagen in de metadata van het RAW bestand. (Een RAW bestand is feitelijk een 'container' waarin naast deze metagegevens ook de ruwe data van de afbeelding zelf is ondergebracht plus een jpeg preview)

Wanneer de betreffende afbeelding dan later weer wordt geopend in de software dan 'ziet' die aan de metadata dat het de bedoeling is dat de afbeelding lichter wordt getoond en dit wordt dan realtime doorgevoerd, de zogenaamde herinterpretatie. Je ziet de afbeelding dus zo getoond als dat de bedoeling is (en net alsof de wijziging in de afbeelding zelf zou zijn doorgevoerd).


Ter vergelijking met de traditionele manier; Ook Photoshop kent veel manieren om niet-destructief veranderingen aan te brengen op foto's door bijvoorbeeld het werken met lagen. Echter wordt daarbij altijd het oorspronkelijke bestand gewijzigd.

Waarom PIEware gebruiken?

De reden dat PIEware is ontwikkeld is het feit dat RAW bestanden niet open gedocumenteerd zijn en bovendien sterk van elkaar kunnen verschillen, niet alleen tussen merken maar ook binnen een enkel merk. Een RAW van mijn Nikon D90 is bijvoorbeeld anders van structuur dan van mijn vorig toestel de D70 hoewel beide de extensie NEF hebben. Bewerking van RAW bestanden neemt dan ook grote risico's met zich mee en om deze uit te sluiten hebben de meeste ontwikkelaars van fotobewerkingssoftware er voor gekozen om de bewerkingen niet in de afbeelding zelf door te voeren maar dit alleen administratief bij te houden. Bepaalde software doet dit in de metadata (XMP) van het RAW bestand en andere doet het in zogenaamde sidecar bestanden, losse bestanden naast de RAW bestanden met dezelfde naam maar met de extensie XMP.

Wat is ontstaan als noodzaak kan tegenwoordig ook als een voordeel worden ervaren omdat veel fotografen het niet prettig vinden wanneer hun origineel beeldmateriaal wordt gewijzigd. Tenslotte kunnen veranderende inzichten in de toekomst er voor zorgen dat de correctie van vandaag eigenlijk helemaal niet gewenst blijkt. Wanneer een wijziging in het beeldmateriaal is doorgevoerd kan dit later niet zo maar worden teruggedraaid. Wijzigingen die zijn aangebracht middels PIEware kunnen altijd weer volledig worden tenietgedaan.

Een ander voordeel van het gebruik van PIEware heeft betrekking op de back-up.
Momenteel is het zo dat wanneer je aanpassingen doorvoert op een foto, je er ook (weer) een nieuwe back-up van zou moeten maken. Anders loop je het risico dat je na een restore alle correcties die je na de back-up hebt aangebracht opnieuw moet doen. Dit kan veel extra opslagruimte kosten bij incrementele en/of differentiële back-ups maar in ieder geval brengt het veel administratie met zich mee.


In die situatie waarin het oorspronkelijke beeld niet wordt veranderd voldoet de oorspronkelijke backup en hoeft alleen maar van de beschrijving van de wijziging een backup te worden gemaakt. Concreet gaat dit over het algemeen om de database van het betrokken programma (bijvoorbeeld Lightroom) of de afzonderlijke sidecar (XMP) bestanden. Dit betreft maar een fractie van de hoeveelheid data vergeleken met die van de RAW bestanden zelf. Behalve dat dit veel minder opslagruimte kost gaat de back-up veel sneller en zijn er veel minder administratieve handelingen noodzakelijk. Gunstig voor de Workflow dus.

Kunnen we al aan de slag met PIE ware?

Zowel Adobe's Lightroom als Apple's Aperture zijn voorbeelden van PIEware hoewel Aperture geen export van Metadata toelaat naar het DNG formaat. Hierdoor zijn je bewerkingen niet zichtbaar voor andere software waardoor een eventuele toekomstige overstap naar andere software problematisch kan worden. Ook laat Aperture geen PIE bewerkingen toe op DNG bestanden wat een behoorlijk groot nadeel is.

Volgens mij heeft het gebruik van PIEware grote voordelen ten opzicht van de huidige werkwijze(s) hoewel er nog wel wat stappen zijn te maken door de diverse leveranciers. De voordelen zijn echter zo groot dat ik er niet aan twijfel dat dit de toekomst gaat beheersen.

Voor diegenen die zich nader willen verdiepen in deze materie kan ik de informatie daarover op dpbestflow aanbevelen: http://www.dpbestflow.org/image-editing/parametric-image-editing

dinsdag 1 september 2009

Blijf eigenaar van je eigen on-line foto’s.

Tot mijn verbazing las ik dat minder dan de helft van alle professionele fotografen de mogelijkheid gebruikt om zaken als copyright en contactgegevens aan hun eigen digitale foto's toe te voegen…

Digitale foto's beschikken naast EXIF (automatisch gegenereerde cameragegevens als belichtingstijd en witbalans) over een IPTC ruimte die door de eigenaar van de foto kan worden gevuld met allerhande informatie als omschrijving, trefwoorden, waardering en vanzelfsprekend contactinformatie en copyrightgegevens.

Stockfotografen en fotojournalisten gebruiken de mogelijkheid dan nog wel enigszins maar publieksfotografen (bruidsreportages, portretten e.d.) vrijwel helemaal niet!
Geen enkele fotograaf levert fysieke afrukken af zonder contactgegevens dus eigenlijk is het heel vreemd dat er blijkbaar anders wordt omgegaan met digitale foto's, zeker nu er een ontwikkeling gaande is die 'Orphan Works' heet. Deze Amerikaanse wetgeving in ontwikkeling zorgt er voor dat iedereen straks legaal beelden kan gebruiken zonder toestemming van de maker wanneer het lastig blijkt om deze te traceren (lees evt. ook dit Nederlandstalige artikel op MacMinds). 

Hoewel het wetgeving in de UK betreft, is het toch waarschijnlijk dat dit niet zonder gevolgen zal blijven voor de rest van Europa. Het is dus belangrijk dat informatie over de maker aan foto's wordt toegevoegd en gelukkig is dat helemaal niet moeilijk!

Met behulp van steeds meer applicaties is het namelijk mogelijk om heel laagdrempelig metadata toe te voegen. Met behulp van zogenaamde templates (sjablonen) is dit zelfs mogelijk bij heel veel foto's tegelijk. Gebruikers van Nikon spiegelreflexcamera's bijvoorbeeld kunnen daarvoor Nikon ViewNX gebruiken maar er bestaat ook een gratis (Nederlandstalig) alternatief die door iedereen is te gebruiken; XnView (http://www.xnview.com/). Eerder heb ik op deze blog de mogelijkheden voor gratis digitaal fotobeheer (DAM) oplossing besproken en toen had ik XnView nog niet ontdekt maar mocht je dat artikel nog lezen weet dan dat ik in XnView een volwaardig alternatief heb gevonden voor het daar besproken PixVue.

Over XnView heb ik een video gemaakt m.b.t. hoe je IPTC metadata aan foto's kunt toevoegen en hoe je met sjablonen werkt zodat het je vrijwel geen moeite hoeft te kosten om contact- en copyright gegevens aan je foto's toe te voegen dus mijn advies is; doe dit altijd.

Zie eventueel de video en zie hoe eenvoudig het eigenlijk is:


Het allerbeste moment om bulk-metadata zoals contactgegevens en copyright toe te voegen aan je foto's (deze gegevens zullen namelijk zelden wijzigen) is eigenlijk niet wanneer de foto's al op je computer staan maar tijdens het zogenaamde ingestion proces. Dit is wanneer de foto's naar de computer worden overgebracht vanaf de fotocamera of kaartlezer. Veel mensen gebruiken daarvoor bij voorkeur de windows verkenner maar er bestaan applicaties specifiek voor dit doel. Kopers van een Nikon camera krijgen bijvoorbeeld Nikon Transfer meegeleverd (tegenwoordig geintegreerd in het eveneens gratis programma ViewNX). 
Gebruikers van iedere willekeurige camera kunnen echter ImageIngester gebruiken ($ 40,-). Net zoals het besproken XnView kunnen deze programma's gebruik maken van sjablonen zodat je voor iedere toepassing andere sets met metadata kunt toewijzen aan grote groepen afbeeldingen. Hierover een andere keer meer.

dinsdag 25 augustus 2009

Data validatie met DNG

In Maart 2009 schreef ik al eerder enthousiast over het DNG formaat maar sinds ik me er nog wat meer in heb verdiept is m'n enthousiasme alleen nog maar toegenomen…

Bij versie 1.2 van DNG die in maart 2008 werd uitgebracht werden een aantal zaken geïntroduceerd die niet in andere fotoformaten zijn te vinden. Een eigenschap die ik er hier even uit wil lichten is optie om een data validatie hash (MD-5) in het bestand op te nemen voor zowel de Ruwe afbeeldingsinformatie als het oorspronkelijke RAW bestand, mocht deze zijn ingesloten.
Hoe werkt dit nu?
Een hash is, eenvoudig gezegd, een unieke waarde die wordt berekend aan de hand van alle nullen en enen waaruit een foto bestaat.
Stel dat ik een foto heb waarvan ik weet dat die goed is omdat ik dat persoonlijk heb geconstateerd door hem te bekijken dan kan ik er een hashwaarde van berekenen. Dit getal bewaar ik dan en stel dat ik dan over een jaar zou willen controleren of de foto nog steeds goed is dan is opnieuw de hashwaarde te berekenen. De uitkomst kan ik vergelijken met het oorspronkelijke getal en beide zouden dus gelijk moeten zijn. Wanneer er ook maar een bit in de foto verandert is de uitkomst van de hash anders.
Mocht later middels het herberekenen van de hash inderdaad blijken dat er een verandering heeft plaatsgevonden dan is het bestand vrijwel zeker corrupt hoewel er ogenschijnlijk niets aan de hand hoeft te zijn. Het kan zelfs zijn dat de foto zonder problemen geopend kan worden maar toch is het bestand ongeoorloofd gewijzigd. Oorzaken hiervoor liggen vaak bij slecht geheugen, netwerkproblemen en fouten op de harde schijf en meestal is de corruptie dusdanig ernstig van aard dat er een backup nodig is om de situatie te herstellen.


Waarom zou je het zo ingewikkeld doen en niet opnieuw (periodiek) de foto openen om te controleren of hij nog steeds goed is? Nu, voor een individuele foto is het inderdaad een te omslachtige methode om op fouten te controleren maar voor grote hoeveelheden foto's kun je dit scenario (het maken van hashes en deze later controleren) wel automatiseren maar het bekijken van de afzonderlijke foto's met het menselijk oog niet.
Het berekenen van een hash aan de hand van een foto kon natuurlijk altijd al maar wat DNG nu zo bijzonder maakt is dat deze hashwaarde in het bestand zelf wordt opgeslagen als metadata. De hash heeft namelijk betrekking op het deel van het bestand (de afbeelding) welke niet zomaar uit zichzelf mag wijzigen. Wanneer de metadata van een DNG wordt gewijzigd zal de hashwaarde dus niet veranderen. Het grote voordeel van dit principe is dat alles bij elkaar in een enkel bestand (container) wordt gehouden en er geen ingewikkelde administratie of database hoeft te worden beheerd. Ieder individuele DNG kan op een willekeurige computer met een willekeurige applicatie worden gevalideerd zonder dat de oorspronkelijke context van dat bestand nodig is.

Een zichzelf validerend bestandsformaat dus!

Download hier de recentste DNG converter voor windows en hier die voor Mac. (dd feb 2016 was dit versie 9.4).


Update juni 2013: m.b.t. dit onderwep is het artikel van juni 2013 een aanvulling "De allerbeste nieuwe functie van Lightroom 5"

zaterdag 11 juli 2009

Beheer(s) je foto’s, ook op vakantie!


Op vakantie zul je hoogstwaarschijnlijk nog meer foto's maken dan normaal en de kans dat daar opnames bij zitten die je niet snel weer over kunt doen is bovendien ook nog eens erg groot. Een goede reden dus om even stil te staan bij de manier waarop je de opslag hebt geregeld.

Tip 1, wissel regelmatig van kaartje

Je kunt natuurlijk voldoende kaartjes meenemen voor alle foto's die je denkt te zullen gaan maken maar hoogstwaarschijnlijk lukt dat toch niet. Bovendien wil je voorkomen dat je afhankelijk wordt van een enkel kaartje die stuk kan gaan of kan worden gestolen. Koop dus liever 2 kleinere kaartjes dan 1 grotere. Koop nieuwe kaartjes niet vlak voor vertrek, dan heb je tijd om zo nog even te testen.

Tip 2, zet je foto's over naar verschillende andere opslagmogelijkheden

Tegenwoordig gebruiken vrij veel mensen een laptop. Mocht je deze meenemen op vakantie dan is dat ideaal om 's avonds even de foto's van die dag over te zetten. Echter omdat een laptop, net als je camera, een gewild object is voor het dievengilde zijn je foto's nog niet helemaal veilig. Zet ze bij voorkeur dus ook nog eens op een externe harde schijf, deze kosten tegenwoordig tenslotte vrijwel niets meer. Leg deze harde schijf op een andere plek dan je fototoestel (eigenlijk het kaartje) of de laptop. Mocht je met de auto reizen dan is dat een goede plek om deze back-up in te bewaren.

Een alternatief voor een laptop is een photojukebox, dit is een externe harde schijf met een ingebouwde accu en slots voor veel modellen fotokaartjes waarmee je zonder een computer en op locatie foto's over kunt zetten.

Tip 3, Gooi geen foto's weg m.b.v. de camera

Schiet gewoon door totdat de kaart vol is en gooi dus niet tussendoor opnames weg waarvan je weet dat ze mislukt zijn. Door tussendoor foto's te verwijderen kunnen namelijk problemen ontstaan met de leesbaarheid van de kaart, daardoor lopen ook andere opnames op de kaart gevaar. 
Het veiligste is om de kaart ongemoeid te laten en er alleen foto's aan toe te voegen totdat hij vol is. Gebruik overigens de allerlaatste beschikbare foto('s) op de kaart niet. De camera geeft aan hoeveel foto's je nog kunt maken, hou dit dus in de gaten en gebruik de allerlaatste foto niet. In de praktijk is gebleken dat ook deze maatregel problemen kan voorkomen.

Tip 4, Maak de kaart leeg door hem in de camera te formatteren

Wanneer alle foto's gekopieerd zijn en je dat ook geverifieerd hebt (zijn er back-ups e.d.) dan wordt de kaart leeg gemaakt door hem in de camera te formatteren. Dit is veel degelijker dan de foto's weg te gooien en bovendien veel sneller. Formatteer de kaart overigens nooit met behulp van de computer, je hebt dan een grote kans dat de camera de kaart helemaal niet herkent en je de kaart alsnog in de camera moet her-formatteren.

Tip 5, Administreer

Het lijkt saai werk waarmee je tijdens je vakantie eigenlijk al helemaal niet bezig wilt zijn maar geloof me; je zult er later een hoop plezier van hebben als je een beetje consequent je administratie bij houdt. Noteer dus welke foto's zijn overgezet naar laptop en/of externe harddisk en dus welke kaarten geformatteerd mogen worden. Wat hierbij kan helpen is door je camera zo in te stellen dat de automatische nummering van de foto's ononderbroken doorloopt en dus niet telkens weer bij 000 begint. Vrijwel alle camera's kunnen dit maar vaak moet het wel even expliciet worden ingesteld. Kijk dit voordat je op vakantie gaat even na en stel het in want het maakt je administratie er een hoop eenvoudiger op.

maandag 1 juni 2009

Een gratis digitaal foto beheer (DAM) oplossing?

Wat verstaan we eigenlijk onder een DAM oplossing?
Buiten de voor de hand liggende zaken als opslag, back-ups, fotobewerking kent een fotobeheer applicatie ook andere  eigenschappen waarvan er twee wel heel belangrijk zijn:


  • Een goede zoekfunctie om eerder gemaakte foto's terug te kunnen vinden en deze logisch te kunnen rangschikken en/of groeperen
  • Daarvoor zul je ondermeer trefwoorden en waarderingen aan je foto's moeten kunnen toekennen
Voor het eerste bestaan een aantal goede en bovendien gratis tools zoals Google Picasa en Microsoft Search, desgewenst gecombineerd met het eveneens gratis Microsoft Fotogalerie.

Deze gereedschappen maken gebruik van een zogenaamd indexeringsproces die alle foto's op je computer (of een deel daarvan) doorloopt en ze 'controleert' op metadata als trefwoorden. Die worden dan in het geheugen opgeslagen samen met de locatie van de betreffende foto.


Voer je dan op een gegeven moment een zoekopdracht in dan wordt in de interne database 'gekeken' of het betreffende woord ook voorkomt en de bijbehorende foto wordt dan in het zoekresultaat getoond. De betreffende gereedschappen kun je door elkaar heen gebruiken omdat ze allemaal van hetzelfde principe gebruik maken, namelijk de metadata die in de foto zelf aanwezig is. Er ontstaat dus geen afhankelijkheid van een enkel programma vanwege het feit dat de informatie in de foto's niet uitwisselbaar is met andere toepassingen. Een dergelijke afhankelijkheid neemt toe naarmate je er meer werk van hebt gehad en dat wil je natuurlijk niet allemaal opnieuw hoeven doen wanneer je besluit een ander programma te gaan gebruiken.


Voor het tweede is het lastiger omdat belangrijk is dat de metadata die je aan een foto toevoegt met programma A gelezen en aangepast zou moeten kunnen worden met programma B. Het ligt voor de hand om te veronderstellen dat dit anno nu al wel uitwisselbaar zou zijn maar het tegengestelde is waar. Er is nog lang geen uniforme standaard. Geef met behulp van Picasa een foto maar eens een sterwaardering en open de foto vervolgens met Microsoft Fotogalerie, je zult zien dat de sterwaardering niet mee is gekomen. Andersom is overigens hetzelfde het geval!
Een Sterwaardering die je met behulp van Fotogalerie toekent zie je overigens wel weer terug wanneer je met behulp van de standaard Windows verkenner de map opent waar zich de foto in bevindt en vervolgens de eigenschappen van die foto opvraagt. Natuurlijk ligt dit voor de hand omdat het beide producten van Microsoft zijn maar zoals gezegd is er op dit punt nog niet veel standaard.


Van alle Metadata die er bestaat is het IPTC veld 'Trefwoord' wel de meest universele. Ik ken geen programma's die dit veld niet kennen of een ander veld er mee verwarren. Dat wil dus zeggen dat je dit veld veilig kunt gebruiken om al je meta gegeven in onder te brengen, niet alleen je trefwoorden maar ook de plaats waar de foto is gemaakt en de personen die er op staan. Ik voeg zelfs de waardering (extra) toe als trefwoord. Dit om de uitwisselbaarheid tussen de programma's zo optimaal mogelijk te maken. Foto's met een ster voorzie ik dan van het trefwoord RM:1STAR. Mocht ik in de toekomst ooit een ander fotobeheerprogramma willen gebruiken dat mijn huidige sterren niet herkent dan kan ik simpelweg zoeken op alle foto's met het trefwoord RM:1STAR en ik voorzie het volledige zoekresultaat dan van de 1-ster waardering in het nieuwe programma.


Wat ik zelf dus belangrijk vindt is dat de trefwoorden en waarderingen (meta data) aan de foto zelf worden toegevoegd en niet (alleen) ergens in een database van een programma is ondergebracht. Wanneer de gegevens namelijk in de foto zelf zitten ben je niet meer afhankelijk van het programma dat je gebruikt om je foto's mee terug te zoeken.


Programma's waarmee je metadata aan foto's kunt toewijzen zijn ook eerdergenoemde Picasa en Microsoft Galerie maar die kennen op dit vlak wel een paar nadelen.
Zo voelt Picasa standaard de gegevens (onderschriften, sterrating e.d.) niet aan de foto zelf toe maar gebruikt daar een interne database voor. De gegevens zijn daardoor helaas niet in andere programma's te gebruiken. De enige uitzondering hier zijn de trefwoorden, die kunnen wel in de foto worden geïntegreerd mits je ze maar op de correcte manier toewijst namelijk met de toetscombinatie Ctrl+T. Er opent dan een scherm waarin je zogenaamde 'tags' kunt invoeren. Dit zijn wat in ander programma's trefwoorden worden genoemd. Picasa zelf noemt ze overigens ook wel 'labels' en dit maakt het natuurlijk niet veel helderder. 


Belangrijk om te onthouden is dat wanneer je Picasa gebruikt je alleen trefwoorden toevoegt met behulp van Ctrl+T, je weet dan zeker dat je werk compatible is met andere programma's. Nog een nadeel van Picasa is dat je dus alleen maar het trefwoordenveld kunt vullen en en dus niet de overige IPTC velden. Ook kun je geen meta-data-sjablonen maken zoals dat in commerciële programma's wel kunt en waardoor je ondermeer je copyright en adresgegevens niet in een simpele handeling aan grote sets van bestanden mee kunt geven.

Dit laatste geldt overigens ook voor Fotogalerie, je kunt er weliswaar meer IPTC velden mee vullen dan alleen de trefwoorden maar ook hier kun je geen sjablonen met dit soort gegevens voor definiëren om ze later te kunnen toepassen op grote hoeveelheden foto's in een enkele handeling.


Een voorbeeld van een sjabloon die ik graag gebruik zijn m'n copyright gegevens. Aan het begin van het jaar maak ik een sjabloon voor het nieuwe jaar waarin de Copyright-informatie voor dat jaar (©2014 Roelof Moorlag), de URL copyright-info (www.digitaalfotobeheer.nl) , de auteur (Roelof Moorlag), de Maker, mijn adres, telefoonnummer, e-mail, websiteadres etc. Allemaal IPTC velden die je zonder sjabloon dus allemaal afzonderlijk zou moeten vullen. Een sjabloon neemt je al dit werk uit handen dus is het de moeite waard te zoeken naar een applicatie die de IPTC velden door middel van sjablonen kan vullen en daarbij ook nog eens de XMP indeling te respecteren (daarover later meer).


Onder Windows XP bestond 'PixVue', een (gratis) uitbreiding op de verkenner die precies deed wat ik graag wilde (zie evt. m'n tweede blogartikel) maar PixVue werkt niet meer met recentere besturingssystemen en daarom ben ik op zoek gegaan naar een alternatief. XnView lijkt veelbelovend en daarover post ik later vast nog wel eens weer!


maandag 25 mei 2009

Waardeer je foto’s en pas daarom een rating systeem toe!



Wat je ook doet om je foto's te beheren, voorzie ze minimaal van een waardering!
Meer dan iets anders zal dit je namelijk helpen om later de foto's terug te vinden die je op dat moment zoekt.

Veel fotografen zullen misschien al trefwoorden en andere kenmerken meegeven aan hun foto's en dat is zeker van belang maar toch is het verstandig om daarnaast ook nog eens een rating toe te kennen.

De belangrijkste reden is dat je meestal naar een naald in een hooiberg zoekt. Ik weet bijvoorbeeld dat ik ooit een mooie opname heb gemaakt van m'n zoon op vakantie in Oostenrijk in het zwembad op de camping. Wanneer ik nu zoek op de trefwoorden 'Vakantie', 'Oostenrijk', 'Zwembad' en de naam van m'n zoon dan heb ik zo maar een honderden treffers. Omdat ik een rating (sterwaardering) heb toegepast filter ik mijn zoekresultaat eerst op 1 ster en daarna op 2 sterren en wanneer ik dan nog steeds te veel 'hits' heb kan ik zelfs doorfilteren naar 3 sterren. Er blijven dan nog 2 foto's over in het zoekresultaat waaronder de foto die ik in gedachten had.

Nuttig dus, dit rating gebeuren maar wel met de kanttekening dat je het gestructureerd dient aan te pakken. Je wilt niet dat je vandaag foto's die voldoen aan bepaalde criteria 2 sterren krijgen terwijl dat er gisteren 3 zouden zijn.

Kortom; voordat je een waardering gaat toekennen is het goed om een lijstje te maken met jouw criteria. Deze ga je vervolgens consequent toepassen, print het lijstje desnoods uit en leg hem naast je computerscherm.

Een veelgebruikte systeem is om tussen de 0 en 5 sterren toe te kennen waarbij er meer sterren worden toegekend naarmate de foto's beter zijn. Zoals gezegd, het is zaak om consistente criteria te gebruiken zodat een foto die je vandaag met 2 sterren waardeert er morgen ook 2 zou krijgen. Je kunt je criteria natuurlijk zelf bepalen maar zet ze wel op papier, print ze uit en hou ze bij de hand wanneer je bezig gaat nieuwe foto's te waarderen. In ieder geval voor de eerste periode totdat je het spiekbriefje niet meer nodig hebt.
Ter inspiratie nog even mijn eigen criteria:

0 Ster
Neutraal. Steekt niet boven de rest uit maar is ook niet slecht genoeg voor een negatieve rating

1 Ster
Goed genoeg om af te drukken, gebruiken op een website of diashow. Professionals zouden deze set opnames aan hun klant kunnen presenteren

2 Sterren
De beste van de reeks of set. Let er op om het spaarzaam toe te passen i.v.m. het onderscheid met de 1 ster opnames. Professionals: Keus van de fotograaf

3 Sterren
Hele sterke foto, geschikt voor porfolio of poster. Wellicht insturen naar stockbureau. Professionals: keuze van de klant als masterfile

4 Sterren
Behorende tot de beste van je collectie

5 Sterren
Gereserveerd voor de toekomst zodat een verdere onderverdeling van de 4 sterrengroep mogelijk is

Verder gebruik ik (kleur) labels voor negatieve en neutrale ratings. Met het rode label bijvoorbeeld geef ik aan dat een foto nog beoordeeld moet worden. Hiermee onderscheid ik deze groep dus van de groep foto's die bewust van 0 sterren (neutraal) is voorzien. Deze foto's worden dan niet onbewust door elkaar heen gehaald. Wanneer ik nieuwe foto's op m'n computer binnenhaal kijk ik eerst of ik tijd heb om ze meteen te waarderen. Heb ik op dat moment daar geen tijd voor dan voorzie ik ze dus meteen van het rode label, dit kost maar enkele seconden omdat je een label aan alle foto's tegelijk kunt toekennen (met Shift+A selecteer je alle foto's in de folder) .

PIRAMIDE
: Mijn uitgangspunt is dat er telkens (ongeveer0 een verhouding van 1 op 10 is tussen de verschillende ratings. Op 100 foto's met 0 sterren krijg je dan 10 foto met 1 ster en 1 foto met 2 sterren. Deze verhouding is belangrijk om de hooiberg waarin je zoekt een mooie piramide vorm te geven. Je zoekt dan namelijk altijd in het bovenste puntje van de hooiberg!


Update: In maart 2015 heb ik m'n waarderingssysteem aangepast. Lees hier waarom.

vrijdag 3 april 2009

Fotobeheer applicatie (Catalogus) of Browser?

In het verleden vond ik het zelf lastig om te bepalen voor welke toepassing je nu welke applicatie in zet.

Vanwege de diverse invalshoeken en functionaliteit van de beschikbare applicaties ontkom je er bijna niet aan om voor de verschillende toepassingen ook verschillende applicaties te gebruiken hoewel je liever misschien alles vanuit een enkele applicatie doet.


Voor het beheren van digitale foto's worden twee typen applicaties gebruikt; browser- en catalogus software.



Wat is eigenlijk het verschil tussen beide?
Voorbeelden van browserprogramma's:

  • Adobe bridge
  • Windows verkenner
  • Apple Finder
  • Fotostation 4.5
  • Photomechnic
  • Perfect Browse van On1
Voorbeelden van catalogusprogramma's:
  • Media Pro ( Tegenwoordig van Phase One, voorheen iView Media Pro en daarna Microsoft Expression Media)
  • Adobe Lightroom
  • Acdsee Photo Manager
  • Canto Cumulus
  • idImager
  • Extensis Portfolio
  • iMatch
  • Fotostation Pro5
  • Apple Aperture
Een catalogus applicatie kent een aantal voordelen t.o.v. een browser:
  • Snelheid
  • Virtuele verzamelingen
  • Offline werken
  • Controle
Snelheid

Bij een browser wordt telkens wanneer een folder met foto's wordt geopend alle informatie op dat moment opgebouwd en dat kan, met name bij grote verzamelingen, veel tijd in beslag nemen.

Bij een Catalogus wordt dit slechts eenmaal gedaan en daarna bewaard in een database. De eerstvolgende keer dat de folder benaderd wordt zal de informatie veel sneller getoond worden.

Op zoekopdrachten zal ook sneller resultaat worden getoond dan in een browser.
Er is echter wel ergens een 'omslagmoment' dat een catalogusprogramma snelheidswinst levert. Bij kleine verzamelingen (één shoot bijvoorbeeld) zal een browser over het algemeen wel sneller zijn.

Virtuele verzamelingen
Een catalogusprogramma kent zogenaamde virtuele verzamelingen (ook wel virtuele folders, collecties, labels, etc genoemd). Een foto kan maar in een enkele fysieke folder zijn opgeslagen maar daarentegen kan hij in vele virtuele groepen voorkomen.

Offline werken
Een browser kan alleen foto's laten zien die er ook daadwerkelijk zijn.

Omdat een catalogus een preview (voorvertoning) van de foto's in zijn database heeft opgeslagen kan deze de foto's ook tonen wanneer die op dat moment (even) niet beschikbaar zijn (Optische media als DVD of BlueRay bijvoorbeeld of externe harde schijven die niet zijn aangesloten).

De database (die de kern vormt van zo'n catalogus) kan naar een ander systeem, bijvoorbeeld een laptop, gekopieerd worden zonder alle foto's. Daarmee betreft dit maar een fractie van de hoeveelheid data en dat werkt veel sneller en gemakkelijker.

Controle

Een browser laat alle foto's zien die hij kan openen. Corrupte bestanden of verwijderde bestanden worden niet getoond en het risico daarvan is dat je je daar dan ook niet van bewust van bent/wordt. Een goede catalogus is in staat om te zoeken naar missende of beschadigde bestanden. Deze check zou periodiek kunnen worden gedaan om deze bestanden te ontdekken. Vervolgens kun je deze bestanden terugzetten vanaf één van de back-ups die je natuurlijk hebt gemaakt.

Veel mensen vinden het prettig om de daadwerkelijke foto bestanden 'aan te raken' en dat aanpassingen die ze doen (trefwoorden of een sterwaardering toevoegen bijvoorbeeld) in het bestand zelf worden opgeslagen. Het voordeel daarvan is dat de gegevens dan ook meteen beschikbaar zijn in andere applicaties waarin de foto wordt geopend. Het risico hiervan is wel dat het bestand telkens wordt gewijzigd. Bij iedere wijziging kan er in principe iets misgaan waardoor je het bestand beschadigd. Met deze methode is er bovendien veel meer data te back-uppen dan wanneer je de wijzigingen alleen in een database bijhoudt (catalogus).

Integriteitscheck
Lightroom bijvoorbeeld is in staat om de integriteit van bestanden te controleren zodat je vroegtijdig ontdekt of er bestanden corrupt raken waarop je dan weer passende maatregelen kunt treffen.

Dus geen browser?

Nu, dat is eigenlijk ook niet het geval. Voor specifieke zaken kan een browser zoals Bridge goede diensten bewijzen. Bijvoorbeeld om iets te controleren in het fysieke bestand zelf zoals EXIF of IPTC gegevens.  

Ook in situaties waarbij extreem snel output nodig is zoals sportwedstrijden wordt vaak al op locatie een eerste schifting gemaakt met browser als PhotoMechanic. 
In een catalogus wordt namelijk eerst een preview gegenereerd en in de database opgeslagen, dat kost enige tijd. Sportfotografen kunnen daar niet op wachten en maken daarom gebruik van programma's als PhotoMechanic die de JPG previews gebruikt die de camera al in het (RAW) bestand heeft ingebakken.

Echter in ronduit de meeste situaties zal een catalogusprogramma alle beheermogelijkheden hebben die je nodig hebt.