Zoek op trefwoord in al mijn blogartikelen

dinsdag 2 april 2013

Adobe Bridge vervangen door Adobe Lightroom?


In mijn poging om m’n workflow te vereenvoudigen heb ik besloten om gebruikt te gaan maken van Adobe Lightroom. Omdat ik daar nog weinig mee gewerkt heb wil ik mijn eerste ervaringen met het programma graag hier met jullie delen.

Ik speel al een poosje met het idee om mijn huidige DAM (foto beheer programma), Expression Media, te vervangen door Lightroom maar ik zie nogal op tegen de migratie.
Mijn uiteindelijke doel is om het huidige aantal handmatige handelingen zo veel mogelijk terug te brengen. Dit zonder in te leveren op kwaliteit. Ik denk dat dit alleen kan door zo veel mogelijk zaken in één applicatie te regelen en de veelbelovendste kandidaat daarvoor is Lightroom. 

Uiteraard hoef ik niet te beginnen met het (naar mijn idee) moeilijkste deel; het archief (vanwege de bijbehorende migratie) dus dat stel ik uit tot later.

Het eerste deel van mijn Workflow, waarin Adobe Bridge een belangrijke rol speelt, (lees evt. dit en/of dit artikel over mijn huidige workflow) is waarschijnlijk gemakkelijker te vervangen door Lightroom. Omdat ik bovendien eerst nog wil wennen aan Lightroom ga ik dan ook met dit deel beginnen:

Het gaat daarbij om het oranje gemarkeerde deel van m’n proces zoals in het bovenstaande schema is te zien. Wellicht kan ook het gele deel (DNG converter) direct meegenomen worden waardoor ik het meteen al met een applicatie minder zou kunnen doen.

Hoewel Lightroom de afgelopen jaren flink in prijs is gezakt gaat het nog altijd om een serieus bedrag (130,- euro) en daarom heb ik eerst gekeken of ik het ergens goedkoper kon krijgen. Omdat ik schoolgaande kinderen heb was SurfSpot mijn eerste stop maar helaas is Lightroom daar niet verkrijgbaar. PhotoShop CS6 overigens wel (verpakt als ‘CS6 Design and Web Premium) voor 77,- euro (1 jaar)...

Lightroom kon ik nergens substantieel goedkoper vinden en uiteindelijk heb ik het maar bij BOL.com gekocht.
Een dag later ontving ik versie 4.1 maar na installatie bleek ik wel meteen te kunnen upgraden naar de huidige versie 4.3.

Hoewel de catologus functie van Lightroom waarschijnlijk de belangrijkste functie van het programma is en waarvoor ik het eigenlijk ook heb aangeschaft, heeft dat deel betrekking op het laatste deel van mijn workflow. Omdat ik daar vooralsnog Expression Media voor blijf gebruiken concentreer ik me dus eerst op het ‘bewerk’-deel van Lightroom.
De vragen die daarbij relevant zijn hebben natuurlijk vooral betrekking op hoe ik het voorheen deed met Bridge:
  • Als eerste check ik in Bride (stap 6) altijd de integriteit van de bestanden. In bridge liet ik hierbij daarvoor altijd de cache opbouwen. Daarna inspecteerde ik de beelden visueel. In Lightroom is iets dergelijks ook mogelijk bij de import van foto’s (CTR/Shift/i)


Zorg er voor dat bij bestandsafhandeling / Voorvertoning renderen de optie op ‘ingesloten en secundair’ staat.
  • De Bride batch aanpassing die Peter Krogh ‘punch’ noemt zou in LR een tegenhanger kennen, ‘PK-Import’, maar ik heb nog niet kunnen vinden hoe die moet worden ingesteld.  Er zijn echter talloze presets waarmee ik eerst maar eens ga stoeien. Hierover een andere keer dus meer
  • Aanpassingen in LR worden, net als in bridge, in (XMP) sidecar bestanden weggeschreven. De originele RAW bestanden blijven dus onaangeroerd en dat vind ik een erg prettig idee. Bovendien ‘leest’ LR de sidecar bestanden die door Bridge zijn aangemaakt
  • Andersom is ook het geval, mits de gegevens in LR wel eerst even in het bestand weggeschreven worden. Dit is een handmatige actie die op meerdere bestanden tegelijk uitgevoerd kan worden:

    rechtsklikken/metagegevens/metagegevens opslaan in bestand. 
    Bij NEF bestanden is dit vervolgens dan niet letterlijk in het bestand maar als (XMP) sidecar bestand. Deze worden echter zonder problemen door Bridge uitgelezen
  • Blijft DNG converter nodig om DNG’s te maken? Nou, op het eerste gezicht niet omdat er zondermeer DNG geëxporteerd kan worden vanuit LR (op het bestand rechtsklikken en kiezen voor ‘Exporteren/Exporteren naar DNG’).Deze DNG’s blijken echter toch anders dan die met DNG converter gemaakt:
  • Zo hebben ze niet exact dezelfde grootte, hoewel ze met dezelfde compatibiliteit zijn gemaakt (ACR 7.1 en hoger). De LR DNG’s worden ook niet door Windows Explorer of Expression Media ‘herkend’ zoals te zien is in bovenstaande schermafbeelding.
  • Wanneer ik de Adobe DNG converter vervolgens de DNG’s laat maken van exact dezelfde NEF + XMP sidecar bestanden dan verschijnt er een prima DNG (incl. de wijzigingen die ik in LR heb aangebracht) en die zijn vervolgens wel weer zonder problemen in EM te openen, vreemd...
  • Er blijkt overigens een alternatieve methode te zijn om DNG’s te maken met LR: In de bibliotheek modus / menu bibliotheek / foto omzetten in DNG. Deze is wel ‘compatible’ met windows Explorer en Expression Media maar het bestand is toch nog weer anders dan de DNG die gemaakt is met DNG converter. Kortom, er is nog wat uitzoekwerk te doen!
Overigens ben ik niet de enige die Bridge wil gaan vervangen door Lightroom. Scott Kelby heeft op zijn site (achter de betaalmuur) 100 redenen verzameld waarom of je dit zou willen.

zondag 3 maart 2013

Workflow vereenvoudiging; nooit meer iets weggooien?


Eerder dit jaar heb ik in twee delen uitgelegd hoe mijn workflow er op dit moment uitziet. Ondanks dat die werkwijze zorgvuldig tot stand is gekomen en er over alle stappen in het proces is nagedacht ben ik toch altijd nog op zoek naar hoe het (nog) eenvoudiger kan. Dat wil zeggen, met minder handmatige handelingen want die kosten niet alleen tijd maar zijn ook potentiële bronnen voor fouten. Kortom; hoe kan het beter?

De komende tijd wil ik op deze plek af en toe mijn vorderingen en/of overwegingen toelichten. Het zou mooi zijn wanneer er lezers zijn die hun mening daarover hier met me willen delen zodat niet alleen ik maar ook anderen hun voordeel er mee kunnen doen voor hun eigen workflow.

Mijn workflow staat redelijk gedetailleerd beschreven in de twee artikelen die ik daar een aantal maanden geleden over schreef (deel 1 en deel 2) maar ik zal de stappen nog even kort herhalen. Omdat ik wat punten samenvoeg komt de nummering trouwens niet overeen met die van genoemde eerdere artikelen:
  1. Het zogenaamde ‘ingestion’ proces. Hier worden de foto’s op een gestructureerde wijze de computer binnengehaald. Hierbij hanteer ik het ‘Bucket’ principe, dat wil zeggen dat mijn mappen bewaak op een vooraf gedefinieerd maximale grootte. Dit is vooral van belang ten behoeve van een degelijke backup strategie
  2. Eerste sortering, verwijderen van ‘echte’ missers en juiste naamgeving
  3. Integriteitscontrole, (batch) aanpassingen, beeldoptimalisatie
  4. DNG’s creëren t.b.v. het archief (DAM). Daarin wordt dan ook verder alle beheer rondom de foto’s uitgevoerd

Als eerste denk ik er aan om de stap waarin ik mijn ‘echte missers’ verwijder er uit ga halen. De stap (stap 3 in de workflow zoals ik die eerder beschreef) zit er nu nog in omdat ‘echte missers’ geen enkele toegevoegde waarde hebben. Je zult ze nooit nodig zijn en kunnen dus risicoloos worden weggegooid. De stap zit vroeg in mijn workflow omdat ik de foto’s wil verwijderen VOORDAT ik de definitieve naamgeving ga toekennen. En dat is weer een overweging van beheerstechnische aard. Ik wil namelijk geen ‘gaten’ in mijn bestandsoverzichten. Wanneer ik een directory met foto’s zie mogen daar dus geen nummers in ontbreken. Een soort visuele eerste check of alle foto’s er wel zijn.

Echter ben ik er in de praktijk achter gekomen dan mijn keuzes wel relatief veel tijd kosten. Veel fotografen kiezen er namelijk voor om de naamgeving al (geautomatiseerd) in het ingestion proces mee te nemen, meteen in de eerste stap dus.

Wanneer ik er ook voor zou kiezen om de naamgeving meteen aan het begin van het proces te regelen, scheelt dat weer enkele handmatige acties in m’n workflow. Het is namelijk niet alleen de actie zelf maar ook de registratie er van, dit om te voorkomen dat je niet meer weet waar je bent met je werk. Weliswaar niet zo veel werk maar wel weer een potentieel risico op (menselijke) fouten. 

Wanneer ik bij mijn principes blijf om geen ‘gaten’ in m’n bestandsoverzichten te willen, betekent dat automatisch dat ik alle mislukte foto’s moet gaan bewaren. Dat ‘vervuilt’ het archief een beetje omdat je foto’s gaat beheren die daarvoor eigenlijk niet in aanmerking komen en waar je eigenlijk ook geen geld (opslag- en backupruimte) en tijd (alle aandacht die je er aan schenk) aan wilt bestelden. 

Kortom, ik ben er nog niet uit…

maandag 4 februari 2013

Nikon Image Space in de lucht



Sinds een paar dagen is Nikon Image Space in de lucht, de opvolger van Picturetown en net als zijn voorganger ook een opslagdienst voor foto’s. 

Iedereen kan een account aanmaken met gratis opslag tot 2 Gb maar bijzonder aan de dienst is dat de mensen met een Nikon camera 20 Gb gratis mogen opslaan. Tot nog toe was Microsoft (Skydrive) samen met met BOX de grootste met 10 Gb aan gratis opslag maar dit gaat dus serieus een stap verder.

Wat de dienst, naast online opslagruimte, interessant zou kunnen maken is de goede integratie met sociale websites als Facebook en Twitter en dat het heel eenvoudig in gebruik is.

Ik heb vanuit DAM (Digital Asset Management) perspectief de dienst bekeken, zeg maar op het gebied van het beheer van je foto’s en de werskstroom daarom heen. op dat gebied zijn er echter geen bijzondere mogelijkheden. Een optie die binnen een DAM bijvoorbeeld erg belangrijk gevonden wordt is die van ‘virtuele folders’, ook wel ‘albums’ of ‘catalogi’ genoemd. Een vorm van groeperen waarbij je de foto’s niet van de ene folder naar de andere versleept maar ze door middel van labels (tags) van een categorie voorziet. 
Nu, een gratis foto manager als Google Picasa kent bijvoorbeeld maar 1 zo’n niveau. Dat betekent dat je al je ‘albums’ onder elkaar weergegeven ziet in een enkele rij, er is dus geen sprake van hoofdgroepen met subgroepen.

In Nikon Image Space kun je tot 2 niveaus groeperen. Op het hoogste niveau maak je zogenaamde Boxen en daaronder Albums. Meer niveaus zijn er helaas niet maar het geeft al een stuk meer organisatiemogelijkheden dan bij het eerdergenoemde Picasa.
Verder zijn er nauwelijks organisatiemogelijkheden. Je ziet enkele Exif tags zodat je bijvoorbeeld kunt groeperen op de camera waarmee de foto’s zijn gemaakt of de datum waarop. Echter eigen metadata (IPTC) zoals trefwoorden kun je nauwelijks toevoegen. Voor zover ik heb gezien kun je alleen een waardering (1 tot 5 sterren) toekennen, tags (trefwoorden) en een titel.
Nog een aantal zaken die (nog) niet zo goed georganiseerd zijn:
  • (nog) geen openid en/of single sign on vanuit bijvoorbeeld facebook
  • Flash (!), dat verwacht je anno 2014 niet meer
  • Langzaam (upload en het renderen)
  • Wanneer de site een URL naar je afbeelding heeft opgebouwd kan deze niet gekopieerd worden...
De belangrijkste reden echter om deze dienst toch te gaan gebruiken zal naar mijn inschatting de relatief grote hoeveelheid opslagruimte zijn die Nikon zijn gebruikers beschikbaar stelt. Met name voor back-up tijdens vakanties en dergelijke lijkt het me ideaal om je beelden meteen veilig te kunnen parkeren.

Wil je een account aanmaken ga dan naar www.nikonimagespace.com en weet dan dat je de 20 Gb in twee stappen moet bemachtigen. Eerst registreer je je als ‘gewone’ gebruiker en wanneer je dan eenmaal het programma geopend voor je hebt klik je op de ‘upgrade’ button helemaal onder in beeld.  Hou je Nikon camera bij de hand voor het serienummer.

Voor de liefhebber heb ik hier een installatiehandleiding met wat schermafbeeldingen neergezet.

donderdag 3 januari 2013

Heisa rondom Instagram





Instagram (lees Facebook want die is tegenwoordig eigenaar) lijkt diep door het stof te zijn gegaan vanwege alle heisa die is ontstaan na hun recente veranderingen in hun gebruiksvoorwaarden.

Maar is dit wel echt het geval of is er slechts sprake van schijn?

Ik ben geen jurist en kan dus niet goed beoordelen wat de impact is van de gewijzigde voorwaarden maar waar heel internet over struikelde is het feit dat Instagram jouw foto’s zou mogen verkopen voor reclamedoeleinden, zonder je toestemming… (daar zou ik ook boos over zijn).

Nu heeft Instagram dus aangekondigd per 19 januari nieuwe veranderingen door te willen voeren waar met name dit onderdeel geschrapt zal worden. Ook heeft men excuses aangeboden en aangegeven de gebruiker serieuzer te willen nemen. Kortom, ik heb al veel positieve reacties gelezen op internet die deze ‘ommekeer’ van Instagram toejuichen.

Echter zag ik nu ook de eerste samenzweringstheorie voorbij komen: “Dit is vooropgezet”.
Het idee hierachter is dat Instagram eerst een paragraaf naar binnen heeft gefietst in de nieuwe voorwaarden waarvan men al bij voorbaat wist dat heel internet er over zou gaan vallen, samen met veel andere paragrafen die ook niet kunnen maar welke lastiger te doorgronden zijn. Men komt dan zogenaamd later op hun besluit terug en haalt alleen genoemde paragraaf er uit zodat alle andere dingen er gewoon in blijven staan. De gebruikersvoorwaarden zijn dan aanzienlijk verslechterd terwijl alle gebruikers het idee hebben dat er niets is gewijzigd...

In de praktijk lijkt het er op dat vrijwel niemand de moeite heeft genomen om de gewijzigde voorwaarden te lezen.
Toch gaat er veel veranderen. Een van de belangrijkste is dat je nooit meer materiaal zult kunnen verwijderen…

Ik ben niet zo van de samenzweringstheorieën maar toen ik hierover even wat langer nadacht vond ik het toch wel vreemd dat een bedrijf als Facebook, met de beste juridische mensen tot zijn beschikking, een dergelijke fout zou maken. Dus toch misleiding?

Ik denk inderdaad dat het Facebook te doen is om de metadata in de foto’s en dan met name gezien in de context van jouw vriendenkring. Die instagram foto’s zijn gewoon een gemakkelijke manier voor Facebook om een strategie te ontwikkelen rondom hun verdienmodel.

En dus?

Facebook heeft een miljard dollar betaald voor Instagram en omdat het geen vrijwilligersorganisatie is lag het al voor de hand dat er iets zou gaan gebeuren waarmee dit zakelijk verantwoord kon worden. De investering moet worden terugverdiend maar ik denk dat de methoden die ze nu hebben verzonnen een slechte zaak zijn. Vooral omdat je als gebruiker geen mogelijkheden hebt om te vertrekken of je identiteit mee te nemen. Instagram heeft dus als het ware een eeuwigdurende licentie om jouw identiteit te gebruiken voor…, nou ja, wat ze maar verzinnen. En ten slotte heb je geen mogelijkheden om daar actie tegen te ondernemen.

Het lijkt mij tijd voor de internet community om opnieuw heisa te gaan maken…

woensdag 2 januari 2013

10 DAM boeken voor de fotograaf


Digital Asset Management (DAM) is natuurlijk niet alleen voor fotografen relevant maar in dit overzicht beperk ik me wel tot boeken die interessant zijn voor met name deze doelgroep:

1.       The DAM book for photographers van Peter Krogh
( dd aug 2013 ook digitaal verkrijgbaar)


2.       Photographer’s guide to the digital lifecycle van Ben Greisler



3.       D-65’s Lightroom Workbook – Workflow not Workslow in Lightroom 4 van Seth Resnick en Jamie Spritzer



4.       Digital Photography Best Practices and Workflow Handbook van Patricia Russotti en Richard Anderson


5.       DOP 2000 Digital Photography Workflow Handbook van Bettina enUwe Steinmuller

6.       Adobe creative suite 2 workflow van Jennifer Alspach, Shari Nakano en Steve Samson


7.       The Digital Photography Workflow Handbook van Juergen Gulbins en Uwe Steinmuller
Lees het boek hier online



8.       Thousands of Images, NOW WHAT? van Mike Hagen


9.       RAW Pipeline van Ted Dillard


10.   Take control of you paperless office van Joe Kissel



In de eerste plaats heb ik getracht hier een overzicht te geven van de beschikbare titels die je als geïnteresseerde fotograaf op weg kunnen helpen op DAM gebied. Het kan zijn dat ik één of meerdere boeken t.z.t. nog eens zal reviewen maar ik wil hier toch in ieder geval een lans breken voor the DAM book van Peter Krogh. Ik denk dat dit met afstand het meest leerzame boek in het rijtje is hoewel ik toch ook wel interessante ideeën uit de andere boeken heb gehaald.

Het laatste boek in het overzicht is strikt genomen natuurlijk geen boek over DAM maar veel algemener over document beheer. Ik heb het vooral toegevoegd om een lijstje van 10 in plaats van 9 te kunnen aanbieden…
Toch vond ik het een zeer goed boek. Het geeft veel praktische tips om (weer) in control te komen voor wat betreft je dagelijkse documentstroom.

Jammer is dat er (voor zover mij bekend) geen Nederlandstalige boeken over DAM bestaan zodat het overzicht beperkt is tot Engelstalige titels.

Addendum maart 2013:
Nog maar heel recent is er nu toch een Nederlandse titel over deze materie op de markt:
Handboek Workflow in de fotografie van Frans Barten:

Het boek heb ikzelf nog niet gelezen maar je kunt een recensie vinden op:
http://www.photofacts.nl/fotografie/rubriek/boeken/recensie_handboek_workflow_in_de_fotografie.asp

Addendum september 2013:
Peter Krogh is met een tweede boek over de fotoworkflow uitgekomen: "Multi Catalog Workflow with Lightroom 5".

Dit is geen traditioneel boek zoals zijn eerdere DAM book maar het betreft een multimedia eBook en het is verkrijgbaar op: http://thedambook.com/multi-catalog-workflow-with-lightroom-5/

Ik heb hem net binnen en zal er later (november of december 2013) op deze plek een inhoudelijke terugkoppeling op geven.

Addendum oktober 2013:
Naast het handboek Workflow in de fotografie van Frans Barten is er nu nog een Nederlandstalige titel bijgekomen. Dit keer betreft het een i-book van Guido Koppes met de titel "Workflow voor fotografen":

Een recensie volgt in november maar het boek is al verkrijgbaar (1,49 euro) in de app store:

https://itunes.apple.com/nl/book/workflow-voor-fotografen/id721574523?mt=11 (alleen voor de i-pad)


dinsdag 4 december 2012

Meta data jungle


Na het recente S.M.A.R.T artikel al weer een saai stuk hoor ik je vragen?
Tja, ik probeer het natuurlijk zo leuk mogelijk op te schrijven maar zaken als EXIF, IPTC en XMP blijven, zeker voor de niet-professionele fotograaf, een beetje ondoorgrondelijke materie. Eigenlijk is dit juist voor hen omdat de professional zich er (hopelijk!) al voldoende in verdiept heeft.

Waarom zou je je überhaupt in deze materie willen verdiepen?
Zolang foto’s nog steeds niet goed op hun werkelijke inhoud (terug)gevonden kunnen worden zijn we nog altijd afhankelijk van wat er ooit aan extra gegevens (metadata) aan de foto’s is meegegeven, al dan niet automatisch. Het is dan goed dat je enige kennis van zaken hebt.
Over onderwerpen als Exif, Iptc en Xmp is natuurlijk heel veel te vinden op internet, waaronder wikipedia (en dan met name de engelstalige editie) of metadata.org maar dat is over het algemeen gefragmenteerde informatie. Overigens dan wel weer vaak diep en gedetailleerd uitgewerkt.
Dit artikel is daarentegen meer bedoeld om inzicht te verschaffen in waar je nu als fotograaf mee te maken krijgt en hoe de verschillende standaarden en technieken zich ten opzicht van elkaar verhouden. Wil je daarna meer weten, sla dan zeker de genoemde bronnen er nog even op na! Je kunt ook een vraag of reactie achterlaten op dit artikel, hieronder.

Metadata?
Een foto is net als ieder ander computerbestand een reeks nullen en enen. De computer weet aan de opbouw daarvan dat het a) een afbeelding betreft en b) hoe die er op je beeldscherm moet uitzien. Echter zitten er nog meer zaken in het bestand verwerkt die je niet meteen ziet en één daarvan is metadata. Dat zijn overigens gewoon gegevens over het betreffende bestand. Bijvoorbeeld over hoe groot het bestand is of wanneer die voor het laatst is bewerkt. Er worden ook specifieke ‘foto zaken’ als metadata opgenomen (was de flitser aan of niet, de sluitertijd, diafragma, etc) en er is zelfs ruimte gereserveerd waar je een eigen beschrijving of trefwoorden kunt registreren! Hiervoor gebruik je echter meestal een applicatie die dat ‘onder water’ voor je regelt. Je bent je er in de meeste gevallen misschien niet eens van bewust wanneer het gebeurt.

Zoals gezegd worden er in het fotobestand zelf dus gegevens opgenomen die geen onderdeel uitmaken van de afbeelding. Je kunt dit zelf snel even checken door bijvoorbeeld een (niet al te groot) JPG afbeelding te openen in kladblok. Je zult in de eerste regels waarschijnlijk meteen al zaken herkennen. 

Deze gegevens zijn niet alleen ‘leesbaar’ voor mensen maar ook voor applicaties. Die herkennen het ‘soort’ meta data aan ‘kopjes’ die er voor zijn gereserveerd. Deze secties worden Image Resource Blocks genoemd (IRB).

Welke metadata?
Helaas bestaan er een heel aantal standaarden, in de inleiding heb ik de belangrijkste al even genoemd:

Exif
Staat voor Exchangeable Image File Format en hier worden voornamelijk gegevens in bewaard die door de camera zelf zijn gegenereerd zoals datum van de opname, locatie (GPS), sluitertijd, diafragma, flitsvermogen, brandpuntsafstand, merk en type van camera en objectief enz, enz.


Omdat je er zelf nauwlijk iets aan toe kunt voegen lenen Exif gegevens zich met name voor statistische analyses zoals “met welk objectief of brandpuntsafstand heb ik nu de meeste foto’s gemaakt?”. 

Er zijn applicaties (Exif Tool) waarmee je wel Exif informatie kunt manipuleren. Daarbij is het belangrijk om te weten dat Exif formeel alleen maar ASCII tekens ondersteund. Bij gebruik van leestekens die hier buiten vallen zullen je foto’s elders in de wereld heel andere meta data tonen..
Kortom, behalve dat Exif er ook niet expliciet voor gemaakt is leent het zich ook niet zo goed om eigen gegevens in onder te brengen.

IPTC
Staat voor International Press Telecommunications Council en IPTC is zowel een standaard als een sectie binnen je foto bestand. De begrippen worden helaas (te) vaak door elkaar gehaald in het dagelijks verkeer en dat is verwarrend.

Met de IPTC standaard is namelijk niets mis, dat gaat over de gegevens die je als gebruiker zelf toevoegt aan je afbeeldingen zoals de namen van de personen op je foto.
Echter wordt de IPTC metadata sectie NIET meer gebruikt. (Het gaat hier om IPTC IIM) In plaats daarvan is er een andere ruimte voor IPTC gereserveerd binnen je foto’s, namelijk de XMP sectie... (Volg je het nog?). Als we het dus over IPTC-Core en/of over IPCT Extension hebben dan gaat dus feitelijk over XMP.


Je eigen gegevens kun je dus prima kwijt in je foto’s maar tegenwoordig alleen op een andere plek in je bestanden dan voor 2005. Gelukkig regelt je beheer software (catalogus programma, photo browser, DAM applicatie) dit, als het goed is, allemaal voor je maar het kan geen kwaad je hiervan bewust te zijn. Bij het selecteren van een programma zul je hier dan rekening mee willen houden.

Nog even voor de volledigheid; je kunt natuurlijk altijd nog gegevens schrijven binnen de oude IPTC (IIM) sectie maar veel programma’s lezen deze niet meer of niet correct uit. Veiliger is dus om je IPTC gegevens binnen de XMP ruimte te schrijven zoals de moderne DAM applicaties dat netjes (automatisch) voor je zullen doen. Bij de meeste DAM applicaties zul je dus echt zelf nadere actie moeten ondernemen om nog in de ‘oude’ IPTC sectie te schrijven. 

PLUS
Plus is een metadata standaard, specifiek voor licentiedoeleinden. Daarnaast is er tooling beschikbaar waarmee tekensets kunnen worden gegenereerd ter identificatie van (ondermeer) copyrighthouders, gebruikers en gebruikersvoorwaarden. Ik zal er hier verder niet op ingaan omdat ik de indruk heb dat het voornamelijk op de amerikaanse markt is toegesneden. Later kom ik hier vast nog eens op terug.DUBLIN CORE

Dit is oorspronkelijk een standaard uit de bibliotheekwereld en het omvat vijftien basis componenten. Vijf daarvan komen overeen met IPTC velden. Binnen DAM applicaties ben ik nimmer Dublin Core velden tegengekomen.


XMP
Staat voor Extensible Metadata Platform, een standaard die door Adobe is ontwikkeld. XMP is gebaseerd op het (bekendere) XML formaat en het is niet alleen geschikt om vooraf gedefinieerde gegevens over je foto’s in kwijt te kunnen (IPTC) maar ook eigen gedefinieerde velden. Daarmee is het een zeer flexibele standaard, met name voor de toekomst.

XMP kan op twee manieren in combinatie met je foto’s ingezet worden:

De eerste manier is met behulp van een separaat (XMP) bestand. Deze bestanden noemen we ook wel sidecar bestanden en ze hebben altijd dezelfde naam als het beeldbestand. Stel, je hebt een bestand 2012_10_0100.NEF. Wanneer je nu wat aanpassingen hebt aangebracht met bijvoorbeeld Adobe Camera Raw, dan zie je in dezelfde directory een extra bestand verschijnen: 2012_10_0100.XMP. Wanneer je dit bestand nu weg zou gooien dan zijn ook al je bewerkingen weg.


Sidecar bestanden zijn een logisch antwoord op de gesloten (RAW) bestandsformaten van de camera leveranciers. RAW bestanden kunnen eigenlijk alleen (veilig) bewerkt worden met software van dezelfde fabrikant als die van de camera maar dat wil je misschien wel niet altijd. Cameravreemde fabrikanten beschikken echter niet over alle informatie van alle RAW formaten en daardoor lopen ze te veel risico om fouten in de bestanden aan te brengen. En dit geeft weer een verhoogd risico op corruptie en onbruikbare bestanden, iets dat een fotograaf natuurlijk nooi wil. Eerder schreef ik dit artikel over PIEware waarin ik wat dieper op deze materie in ga.


Vrijwel alle RAW converters werken tegenwoordig dan ook met deze sidecar bestanden, hoewel de onderlinge uitwisselbaarheid vaak weer niet optimaal is. Ik zal daarover hier niet verder uitwijden maar me richten op de tweede manier om gebruik te maken van XMP, namelijk als een sector binnen het beeldbestand, vergelijkbaar dus met hoe dat gaat bij IPTC en EXIF.

Welke van de beide XMP methodes je gebruik ligt overigens sterk aan de software die je gebruikt, vaak kun je daarin zelf ook nog keuzes maken. Gebruik je het JPG of DNG bestandsformaat dan kun je rustig kiezen voor XMP als sectie binnen het bestand en zijn separate sidecar bestanden niet nodig. (Over de keuze al dan niet voor het DNG RAW formaat heb ik eerder geschreven en zal ik op deze plek verder niet ingaan. Link1, Link2)

XMP omvat dus ondermeer de standaarden IPTC Core, IPTC extensions, Dublin Core en Plus.

Nadere orientatie?
Eerder heb ik al aangegeven dat je nauwlijks of geen handelingen hoeft te verrichten om metadata naar je hand te zetten. De achtergrondinformatie over de verschillende bestaande standaarden heb ik met name gegeven om wat meer inzicht te verschaffen. In de dagelijkse praktijk zal de metadata afhandeling plaatsvinden binnen de applicaties die je daarvoor gebruikt. Op photometadata.org staan handleidingen met betrekking tot dit onderwerp voor een aantal veelgebruikte applicaties:

Wanneer je vóór 2005 al metadata hebt toegevoegd en/of aangepast in je foto’s dan heb je meer reden om je in deze materie te verdiepen dan wanneer je nog niet zo lang geleden bent begonnen. Voor 2005 waren er namelijk nog nauwlijks applicaties die de gegevens in de XMP sector wegschreven zoals dat nu de voorkeur heeft. Al die data staat dus nog in de ‘oude’ IPTC (IIM) sector. Je huidige DAM applicatie zal daar wel goed mee om moeten kunnen gaan en deze velden op zijn minst moeten uitlezen. Test dit dus goed voordat je tot aanschaf overgaat van een (nieuwe) applicatie.

Karakter sets (ASCII, ANSI, UTF-8, ETC):
Voordat je concrete meta data aan je afbeeldingen gaat toevoegen is het goed je een beetje te verdiepen in de te gebruikern karakters, vooral wanneer het waarschijnlijk is dat je vreemde leestekens zult gaan gebruiken of wanneer je EXIF velden gaat muteren.
Het is namelijk niet vanzelfsprekend leestekens (vooral vreemde) overal ter wereld correct zullen worden weergegeven. Het ASCII teken 227 bijvoorbeeld (ALT+227) geeft op ons toetsenbord een Ò te zien maar in Amerika een π en in centraal Europa een Ń.


Ik zal er hier niet al te diep op ingaan maar onhoud dat UTF-8 volgens wikipedia het beste geschikt voor toepassingen rondom meta data. Ook niet-ASCII tekens zullen dan correct worden weergegeven op iedere pc. Je kunt je natuurlijk ook beperken tot het gebruik van alleen ‘gewone’ leestekens.

Wat nu?
Wanneer je rekening wilt houden met alle aspecten die ik hier heb genoemd kun je daar misschien wel een dagtaak aan krijgen. En dat terwijl je helemaal niet achter je computer wilt zitten maar liever naar buiten gaat om foto’s te maken!
Aan de andere kant wil je hoogstwaarschijnlijk wel dat anderen jouw foto’s te zien krijgen, zowel nu als in de toekomst. Een goede organisatie is dan van belang en ik hoop dat de kennis daarvoor met behulp van dit artikel iets is toegenomen zodat je jezelf op cruciale momenten de goede vragen kunt stellen. Bijvoorbeeld bij de aanschaf van een (nieuw) beheer/catalogus programma om je foto’s mee te beheren.

Wanneer je de opgedane kennis wilt gebruiken om je foto’s beter vindbaar te maken op internet (SEO – Search Engine Optimization) dan komt daar nog heel wat meer bij kijken. Deze verdieping op de materie zal ik een andere keer aanbrengen.

donderdag 1 november 2012

Phase One Capture One versie 7 alternatief voor Media Pro?


Een paar weken geleden heeft Phase One versie 7 van hun RAW converter Capture One (CO7) uitgebracht. 
Daar waar de vorige versies zich voornamelijk bezig hielden met beeldbewerking en je voor het beheren van je collectie afhankelijk was van (ook van Phase One) Media Pro (MP) software heeft men er nu voor gekozen om een behoorlijke DAM (Digital Asset Management) functionaliteit in te bouwen, althans die indruk krijg je als je de site bezoekt.

Is CO7 daarmee nu ook meteen een alternatief voor Media Pro?

Deze vraag is relevant omdat Media Pro een tijdje geleden is overgenomen van Microsoft (die het daarvoor weer had overgenomen van iView) en dus een schare gebruikers heeft die nog nooit met Capture One hebben gewerkt. Wellicht heeft een groot deel van de gebruikers zelfs een voorkeur voor een andere RAW converter. Het is in ieder geval bekend dat veel gebruikers van Media Pro heel bewust hebben gekozen voor een geheel zelfstandige DAM applicatie, dus volkomen losstaand van welke RAW converter dan ook. De mensen die een combinatie van RAW converter en DAM juist wel handig vonden zijn vermoedelijk al wel overgestapt naar Lightroom.
Dus het is de vraag of de huidige gebruikersgroep wel zit te wachten op een overgang van Media Pro naar Capture One. Ik denk dat ik het antwoord hierop al wel weet.

Omdat Phase One zich niet in de kaarten laat kijken en vrijwel nooit uitspraken doet over wat ze voor de toekomst in petto hebben is de belangrijkste vraag dus of CO met versie 7 nu een alternatief is geworden voor MP. Want, mocht dat het geval blijken dan kun je ook de volgende stap verwachten; uitfaseren van Media Pro en de gebruikers dwingen over te stappen naar Capture One…

Nadere beschouwing leert echter dat, hoewel er DAM functionaliteit aan CO7 is toegevoegd, deze nog zeer beperkt is. Zaken die erg belangrijk zijn voor een ‘echte’ DAM zijn weggelaten of zitten er nog niet in, zoals:
  •          Zoeken op ontbrekende foto’s
  •          Duplicaten vinden
  •          Ondersteuning voor heel veel media formaten. CO7 ondersteunt bijvoorbeeld geen PSD’s, een onder fotografen veel gebruikt formaat

Hoewel ik het programma zelf niet heb getest blijkt uit de fora dat er toch nog heel wat bugs in CO7 zitten, waaronder één met het DNG formaat. Deze issues zullen er waarschijnlijk binnenkort wel uitgehaald zijn maar een uitbreiding van functionaliteit hoeven we niet meteen te verwachten.
Ik denk dus dat we naar de transitie zitten te kijken die Phase One voor ogen heeft om uiteindelijk tot een Lightroom achtige applicatie te komen met zowel RAW converter als DAM functionaliteit. Dat dit voor de workflow een vereenvoudiging kan betekenen weten we van Lightroom. Daar staat tegenover dat de huidige gebruikersgroep van MP hier waarschijnlijk niet op zit te wachten.

Omdat CO7 dus nog geen alternatief is voor MP heb ik toch nog een kleine hoop dat Phase One Media Pro zal door ontwikkelen zodat het daarmee nog een tijdje als zelfstandige DAM kan worden gebruikt. Hopelijk zien we daar op niet al te lange termijn iets van terug.
Op een definitieve zelfstandige status van MP hoeven we waarschijnlijk niet te rekenen, gezien de stap die nu is gezet met Capture One. Een schrale troost is dat het de trouwe gebruikers enige tijd geeft om zich te oriënteren op iets anders.